Essentiële oliën door de eeuwen heen

Gepubliceerd op 12 juni 2023 om 20:04

Veel mensen denken dat het gebruik van essentiële oliën een nieuwe rage is van enkele zweverige enkelingen. Aromatherapie is echter zo oud als de mensheid. Talloze oude culturen kenden reeds hun heilzame werking. We nemen je mee doorheen de geschiedenis op een reis rond de wereld. We vertrekken in het jaar 3000 voor Christus in China.

Klassieke beschavingen in China, India, Egypte, Griekenland, Rome, Perzië, Israël, gebruikten reeds essentiële oliën. Veel verwijzingen naar essentiële oliën staan ook in de Bijbel. De Hebreeërs gebruikten aroma's tijdens hun religieuze diensten. Herinner u de drie koningen. Naast goud brachten ze bij de geboorte van Christus wierook en mirre mee. God gaf aan Mozes opdracht om op zoek te gaan naar nobele parfums, 500 zilverlingen mirre, 250 zilverlingen kaneel, evenveel kalmoes, 500 zilverlingen cassia en een set olijfolie. Hiermee moest Mozes een heilig chrisma (heilige zalf of heilig oliesel) bereiden, een parfumeur waardig.

De bakermat van essentiële oliën ligt in 3 gebieden: China, de Indus en het Middellandse zeegebied.

China

De Chinezen ontdekten dat elke struik, boom, plant of kruid een vluchtige olie bevatte die geneeskundige eigenschappen bezat. Deze oliën werden afgescheiden van de plant en gebruikt als medicatie. Historische documenten uit de Chinese geneeskunde rapporteren het belang van geurige oliën voor het bevorderen van gezondheid en spiritualiteit. Zo gebruikten de Chinezen oregano tegen braken, koorts, diarree, geelzucht en huidaandoeningen.

De Chinezen waren bij de eersten om olie uit planten te trekken.

India

Het Indiase continent is een van de rijkste aan aromatische planten. Ze worden er al meer dan 7000 jaar gebruikt bij de behandeling van gezondheidsstoornissen. De Rishi's (wijzen, heiligen, zieners) raadden het gebruik ervan aan tijdens religieuze offers en om het lichaam en de geest te behandelen.

India is het land van herkomst van basilicum, waar het heilig was. In de eeuwenoude Vedische teksten, zoals de Rigveda en de Yajurveda, staan formules voor baden en massages met kaneel, kardemom, koriander, gember en mirre. De Ayurvedische geneeskunde heeft veel aromatische planten gecodificeerd.

De Ayurvedische geneeskunde heeft veel aromatische planten gecodificeerd.

Egypte

De kennis over etherische oliën vond zijn weg van China over India naar Egypte. De Egyptenaren maakten zalven, balsems en parfums uit alle planten en bomen die beschikbaar waren. De hierdoor verkregen essentiële oliën en parfums speelden een grote rol in hun persoonlijke verzorging en hun religieuze rituelen.

Het produceren van essentiële oliën was heel duur. Om deze reden werden ze voornamelijk gebruikt door de rijken. De tot ieders verbeelding sprekende bloedmooie Cleopatra maakte dagelijks gebruik van welriekende oliën om haar huid te verzorgen en haar natuurlijke schoonheid te bewaren.

De befaamde Kyphi olie, een wierookmengsel met o.a. mirre, mimosa, kaneel, jeneverbes en munt, werd gebruikt in tempels om de lucht te zuiveren en te offeren aan de goden. Egyptische priesters stonden in voor de samenstelling. Ze worden aanzien als de eerste parfumiers.

De Egyptenaren balsemden hun doden met harsen (ceder) en essentiële oliën (mirre). Insecten werden geweerd met in essentiële olie gedrenkte papyrusbladen. Rijke mensen werden gemummificeerd en begraven met wierook en geurende oliën. In 1922 werden in de piramide van de Egyptische farao Toetanchamon verschillende geurpotjes teruggevonden, alsook kruidnagel en lavendel.

Egyptische hogepriesters waren de eerste parfumiers, ten dienste van rijken en farao's.

De Egyptenaren maakten hun doodskisten van cipres. Het hout gaf een heerlijke geur en het feit dat de cipres (Cupressus sempervirens) altijd groen bleef (sempervirens betekent ‘eeuwig groen’), associeerden ze met het eeuwige leven.

De befaamde Kyphi olie, een wierookmengsel met o.a. mirre, mimosa, kaneel, jeneverbes en munt, werd gebruikt in tempels om de lucht te zuiveren en te offeren aan de goden.

Oregano werd dan weer gebruikt om voeding te conserveren en wonden te reinigen.

Vele artsen, vanuit de hele wereld, reisden af naar Egypte om de knepen van de aromatische geneeskunde van de Egyptische meesters te leren.

Griekenland

De oude Grieken gebruikten parfum en wierook bij uitvaarten en religieuze ceremoniën. In Cyprus werd in 2007 de oudste parfumfabriek ter wereld ontdekt: het huis van Aphrodite, godin van liefde en schoonheid. Deze fabriek leverde parfum van essentiële oliën aan tempels om de gelovigen dichter bij de goden te brengen.

Hippocrates, de Griekse arts die beschouwd wordt als de ‘vader van de moderne geneeskunde’, gebruikte aromatische ontsmettingsmiddelen om Athene van de pest te bevrijden. Hij was de eerste arts die niet langer geloofde dat bovennatuurlijke krachten aan de oorzaak lagen van ziekten. Hij ging op zoek naar natuurlijke verklaringen. Fysiotherapie, het nemen van baden en het gebruik van kruiden nam hij op in zijn behandelingen.

De Natuur zelf is de beste arts, zei de Griek Hippokrates., stamvader van de moderne geneeskunde.

Chirurgie werd alleen toegepast als uiterste redmiddel. Doordat hij als eerste het lichaam benaderde als één geheel, wordt hij bestempeld als de grondlegger van de aromatherapie, die ook uitgaat van eenzelfde holistische benadering. Hij legde de nadruk op hygiëne omdat hij ervan overtuigd was dat ziektes zich verspreidden via vieze lucht.

Frisse lucht, gezonde eet-en drinkgewoonten en een natuurlijk verloop van processen in het lichaam waren voor hem belangrijk. Een van zijn meest gekende uitspraken is: ‘De Natuur zelf is de beste arts’.

De Grieken gebruikten oregano tegen hoofdpijn, zweren, longziekten, astma en krampen. Nog steeds wordt oregano gebruikt in thee als volksmedicijn bij verkoudheid, keelpijn, griep, maagzweren en andere maag- en darmklachten.

Ook kardemom stond hoog aangeschreven in het oude Griekenland. De koning van Babylon cultiveerde kardemom om zijn antiparasitaire en antibacteriële eigenschappen. Kardemom is een sterke antioxidant.

De oude Grieken kenden net zoals Egyptenaren, Babyloniërs en Assyriërs de sterkte van de cipres. Cipressen werden aangeplant op hun begraafplaatsen. Hippocrates schreef baden voor met cipres tegen bloedende aambeien.

De Grieken en later de Romeinen ontwikkelden hun badcultuur met de in Egypte opgedane kennis van essentiële oliën. Ze besprenkelden hun lichamen, kleren, bed en interieurs met essentiële oliën.

Rome

De Romeinen geloofden sterk in de kracht van geur en aromatische stoffen om de geest en het lichaam te beïnvloeden. Ze pasten dit toe in verschillende aspecten van hun leven. De badcultuur van de Romeinen is legendarisch. Voor de heerlijke geur en de rustgevende werking werd lavendelolie gebruikt. Rozemarijn werd gebruikt om vlees te conserveren en om de spijsvertering te bevorderen na een zoveelste braspartij. Ook laurier, cipres en tijm zaten in het assortiment.

Parfums waren niet langer het voorrecht van de rijken. Goedkopere geurtjes werden in keramische vazen bewaard terwijl de duurdere geuren verkocht werden in mooi bewerkte porseleinen flacons.

Maar de Romeinen waren ook een oorlogszuchtig volkje. Uitgeputte en door zwaard- en brandwonden geteisterde soldaten werden behandeld met lavendel, intussen bekend om zijn helende, pijnstillende en geneeskrachtige werking.

De Romeinen gebruikten essentiële oliën op het slagveld.

Om soldaten moed en energie te geven op het slagveld werd rozemarijn gebruikt omwille van zijn stimulerende en verkwikkende eigenschappen. Het werd verbrand als wierook of gebruikt als olie. Het inhaleren van muntolie werd dan weer gebruikt om soldaten te stimuleren. De verfrissende en opwekkende eigenschappen van munt hielpen om vermoeidheid tegen te gaan en de mentale alertheid te vergroten.

Valor, een blend uit de Young Living familie, kwam tot stand op basis van een mengsel gebruikt door Romeinse soldaten. Deze mix bevatte eigenschappen om de wervelkolom te stimuleren en zichzelf te corrigeren. Zelfs de vaandels van de troepen werden met de geur verrijkt.

Aldus lagen essentiële oliën aan de basis van de onverschrokkenheid en stoutmoedigheid van de Romeinen waardoor ze Europa en Noord-Afrika veroverden. Een leuke gedachte, maar we houden het toch liever wat vreedzamer.

Perzië

In Perzië, het huidige Iran, ontdekte de arts Ibn Sina, beter bekend als Avicenna (980 tot 1037) het proces van destillatie. Hierdoor ontstonden parfums zonder oliebasis. Hij zou de allereerste pure essentiële olie hebben geproduceerd van de Rosa centifolia.

Hij maakte veel gebruik van etherische oliën in therapie. Hij werd de Prince of Physicians genoemd en publiceerde meer dan honderd medische werken, waaronder de beroemde Canon of Medicine, die verwijst naar veel essentiële oliën.  Avicenna wordt beschouwd als een pionier en een van de grootste autoriteiten in de middeleeuwse geneeskunde.

Langzaam maar zeker perfectioneerden wetenschappers de destillatiemachines, wat voor een belangrijke vooruitgang zorgde in de parfumerie alsook in de geneeskunde. De zo bekomen medicinale stoffen, waaronder alcohol, werden ingezet voor de behandeling van ziekten.

Parfum was In Perzië een statussymbool. Leden van het koningshuis en hoogwaardigheidsbekleders werden vaak afgebeeld met flesjes parfum en bloemen om zo hun rijkdom en status te tonen.

Canon of Medicine van Avicenna.
(Bron: Wikipedia)

Het Westen

Zo belanden we stilaan in onze eigen contreien. In de Middeleeuwen was het erbarmelijk gesteld met de hygiëne. Essentiële oliën werden vooral gebruikt tegen de stank die overal heerste. Algemeen wordt aangenomen dat ze in West-Europa hun weg vonden via de kruistochten.

Welgestelde burgers droegen een zilveren ketting met een houdertje gevuld met essentiële olie. Lavendel werd bij het linnen gelegd voor de aangename reuk en om motten te verdrijven. Het werd gebruikt als reukverdrijver en insecticide.

Monniken kweekten lavendel op grote schaal. Het werd gebruikt in de keuken en in de geneeskunde. Kerken werden gedesinfecteerd met wierook, peper, zwavel en hop. Kledij werd bewaard in kisten van cipreshout om de aangename geur van het hout op te nemen.

Door de gebrekkige hygiëne brak er geregeld pest en cholera uit. Mensen vielen massaal dood op straat. Geestelijken en geneeskundigen die de zieken gingen bezoeken hadden aan hun wandelstok zakjes met geurende kruiden, die men onder de neus hield. Men noemde die staf een esculaap.

Essentiële oliën vonden hun weg naar Europa door de kruistochten.

Nu nog is een esculaap met daaromheen een gekronkelde slang het embleem van de geneeskundigen. De herkomst van het woord esculaap stamt overigens uit de Griekse mythologie, waar de Griekse god Asclepius werd aanzien als de god van genezing en geneeskunde. De slang staat voor verjonging en vernieuwing, omdat slangen hun huid afschudden om een nieuwe huid te krijgen.

Overal in Middeleeuwse steden bezweken mensen aan de zwarte dood. Er bestaat hierover een interessante legende. Dieven die de doden beroofden, bleven ondanks hun aanraking met de lijken bespaard van de dodelijke ziekte. Toen ze uiteindelijk gevat werden, bleken ze zich in te wrijven met een mengsel van essentiële oliën waardoor ze de pest de baas bleven. In ruil voor hun vrijlating gaven ze de samenstelling van het brouwsel. Young Living ging op zoek naar de oorsprong van dit mengsel en stelde een blend of melange samen met de toepasselijke naam: Thieves, Engels voor ‘Dieven’. Thieves heeft sterk desinfecterende eigenschappen en wordt gebruikt in talloze producten van Young Living. Lees hier meer over deze bizarre legende.

Middeleeuwse steden werden geteisterd door pest en cholera.

Vroegmoderne tijd en Renaissance

Tijdens de 16de en 17de eeuw werd aromatherapie pas echt populair. Nicholas Culpeper, een Engelse kruidenkundige en astroloog, gebruikte geurende plantenstoffen voor geneeskundige doeleinden en schreef met veel enthousiasme over de genezende en stimulerende voordelen van essentiële oliën. Zijn boek Culpeper's Complete Herbal, gepubliceerd in 1653, inspireerde in die tijd veel wetenschappers, artsen en genezers. Het bevat informatie over talrijke planten, hun toepassingen, bereidingswijzen en medicinale eigenschappen.

In een apothekersboek uit 1753, The new dispensatory, worden rond de honderd verschillende essentiële oliën beschreven. De vroegere parfumeurs werden de eerste apothekers. De therapeutische krachten van planten en kruiden werden verwerkt in allerlei sterk geurende brouwsels. De eerste apotheken waren een feit.

Nicholas Culpeper (1616-1654)
(Bron: Wikipedia)

Moderne tijd

In de laatste twee eeuwen hebben wetenschappers meer inzicht ontwikkeld in de scheikundige elementen van plantenolie.

René Maurice Gattefossé (1881-1950)

De Franse scheikundige René Maurice Gattefossé was enorm geïntrigeerd door de geneeskundige mogelijkheden van essentiële oliën. Tijdens een van zijn proeven verbrandde hij zijn hand en hij verzorgde deze met lavendelolie. Hij stelde vast dat de brandwonde sneller genas dan normaal, zonder een litteken na te laten.

In de Eerste Wereldoorlog onderzocht hij het gebruik van lavendelolie en andere etherische oliën voor het ontsmetten van wonden van soldaten. Later werkte hij in ziekenhuizen, waar hij etherische oliën gebruikte als ontsmettingsmiddel.

René Maurice Gattefossé (1881-1950)
(Bron: Wikipedia).

Voor Gattefossé was aromatherapie gebaseerd op de geur van etherische oliën en hun antiseptische en fysiologische effecten op het lichaam. Na het einde van de oorlog behandelde hij de patiënten in zijn artsenpraktijk alleen nog met etherische oliën en kruiden. Hij scoorde enorme successen en genas vele kwalen.

Gattefossé introduceerde de term aromathérapie en schreef verschillende boeken over de therapeutische eigenschappen van essentële oliën, van lavendel en den in het bijzonder, zo ook het boek:  Propriétés bactéricides de quelques huiles essentielles.

Hij kreeg hiervoor wereldwijde erkenning en leidde zijn collega’s op in de aromatherapie.

Jean Valnet (1920-1995)

Jean Valnet was een Franse legerarts die gewonde soldaten behandelde met essentiële oliën. Hij zette zo het onderzoek van Gattefossé verder. Valnet paste bepaalde principes uit het boek van Gattefossé toe als alternatief voor niet of slecht verkrijgbare medicatie.

Later behandelde hij met essentiële oliën succesvol psychiatrische patiënten in een psychiatrisch ziekenhuis. Na de 2de wereldoorlog verkreeg hij officiële erkenning voor de aromatherapie in Frankrijk.

In 1964 publiceerde hij het boek: Aromathérapie, Traitement des maladies par les essences des plantes. Dit boek wordt overal ter wereld de bijbel van de aromatherapie genoemd.

Jean Valnet (1920-1995)
(Bron: Wikipedia)

Marguerite Maury (1895 tot 1968)

Madame Marguerite Maury was een Britse schoonheidsspecialiste die in de jaren 50 begon met klinieken voor aromatherapie in Groot-Brittannië. Ze gaf opleiding aan schoonheidsspecialisten over hoe essentiële oliën konden ingezet worden bij massage. Maury gebruikte unieke mengsels van essentiële oliën, afgestemd op het persoonlijk temperament en gezondheid van de persoon. Maury geloofde dat een correct gekozen mengsel het verouderingsproces kon vertragen.

Hedendaagse tijd

Jammer genoeg drong het wetenschappelijk onderzoek naar medicamenten de klassieke plantengeneeskunde op de achtergrond. De geneesmiddelenindustrie, in staat om op basis van scheikundige stoffen enorme hoeveelheden medicijnen te produceren, groeide explosief. Planten en essentiële oliën raakten vergeten.

De laatste jaren kennen we echter een heropleving van aromatherapie, ver buiten het gebied van de schoonheidstherapie. Het is nu een erkend en belangrijk onderdeel van de paramedische gezondheidszorg.

Essentiële oliën zijn steeds vaker het onderwerp van wetenschappelijk onderzoek op universiteiten over de hele wereld. De resultaten hierover leveren een veel betere kennis op over de specifieke krachten van essentiële oliën. In een artikel van 18 July 2020 in Flair stelt professor Patrick Van Dijck van de KU Leuven, groepsleider van het Vlaams Instituut van Biotechnologie (VIB): ‘Er zijn onderzoeken die aantonen dat bepaalde essentiële oliën inwerken op de verschillende stadia van het infectieproces van een virus. Bovendien zouden ze een positieve invloed op het immuunsysteem hebben.’

Wetenschappers doen o.a. onderzoek naar essentiële oliën als natuurlijke remedie tegen kanker en dementie. Zo werd ontdekt dat essentiële oliën, dankzij hun antibacteriële eigenschappen en hun vermogen om onze resonantiefrequentie te veranderen, inzetbaar zijn in behandelingen. Een woordje uitleg. Het menselijk lichaam resoneert met een frequentie van 62-78 MHz en wetenschappers denken dat ziekten beginnen bij een verlaagde frequentie van 58 MHz. Veel studies hebben aangetoond dat negatieve gedachten onze frequentie met 12 MHz kunnen verminderen, terwijl positief denken het met 10 MHz verhoogt.

Dit betekent dat er mogelijk heel wat factoren onze gezondheid beïnvloeden op manieren die we ons tot voor kort niet konden voorstellen. Een van de wetenschappers die betrokken was bij de studie, Bruce Tainio, ontwikkelde een speciale gekalibreerde frequentiemeter die de frequentie van essentiële oliën meet en bepaalt hoe deze frequentie onze gezondheid beïnvloedt.

Suhail, een immunoloog, zegt dat kanker ontstaat wanneer het DNA in de kern van onze cellen is aangetast. Essentiële oliën zouden dit corrigeren en de code repareren, waardoor onze kansen op kanker zouden worden verminderd.

De populariteit van aromatherapie is de laatste jaren alleen maar toegenomen. Ook het toepassingsgebied breidt uit: thuiszorgwerkers, vroedvrouwen, ergotherapeuten en verpleegkundigen maken gebruik van essentiële oliën om het comfort van de zorgbehoevende patiënt te verhogen.

In rust- en verzorgingstehuizen worden essentiële oliën ingezet bij dementie, om rust te brengen bij de bewoners, om kwalijke geurtjes te verdrijven. Geuren zijn enorm sfeerbepalend en de verdamping van etherische oliën heeft een dubbel heilzaam effect: het zorgt voor een ontspannen atmosfeer en een ontsmettende werking. In verschillende landen (o.a. in Nederland) worden etherische oliën ook al in ziekenhuizen gebruikt. 

Dierenartsen gebruiken rustgevende essentiële oliën om dieren beter te kunnen onderzoeken. Lavendel wordt gebruikt bij wondgenezing.

Hoefsmeden gebruiken essentiële oliën om hoefbleinen te behandelen. Paardentandartsen ontsmetten hun materiaal met essentiële oliën.

Ook manuele therapeuten, osteopaten en acupuncturisten ontdekken de heilzame werking van essentiële oliën.

Geurmarketing wordt ingezet als verkoopmiddel. Lees er hier meer over.

Conclusie

Essentiële oliën zijn niet meer weg te denken. Mensen worden zich meer en meer bewust van de schadelijke werking van chemische stoffen in producten die ze dagelijks gebruiken. Velen willen van die chemische rommel af.

Graag eindigen we onze boeiende reis doorheen de geschiedenis met de lijfspreuk van Hippocrates:

“De Natuur zelf is de beste Arts.”

Auteur: Ingrid De Buyst.

Ingrid is sociaal werker en aromaconsulent. Zij volgde cursussen aromacoach, essentiële olie voor baby's en talrijke workshops. Ze verslindt stapels boeken over de helende werking van essentiële oliën.

In haar vrije tijd is ze te vinden in haar tuin in het hartje van de Vlaamse Ardennen. Haar kleinkinderen Lotte en Ellie zijn haar oogappeltjes. Je kan Ingrid vinden op Facebook en Instagram.